Nooit meer slapen was de eerste roman die Hermans uitgaf bij De Bezige Bij. Daarvoor verscheen zijn proza bij G.A. van Oorschot, maar Hermans was ontevreden over het beleid van deze uitgeverij, en dan vooral in relatie tot heruitgaven en zijn eigen vergoeding. De ontevredenheid leidde vanaf 1962 tot een aantal opeenvolgende rechtszaken, die in 1970 werden besloten met een bindende arbitrage.
In 2003 verscheen daarover Hierbij de hele God in proef, alle 240 brieven die Geert van Oorschot (1909-1987) tussen 1946 en 1978 aan Hermans schreef. Een jaar later verscheen Hermans’ spiegelboek Je vriendschap is werkelijk onbetaalbaar. Brieven aan Geert van Oorschot, eveneens bezorgd door Nop Maas.
Behalve in Hermans’ biografie door Willem Otterspeer (het tweede deel, De zanger van de wrok, 2015) komt Nooit meer slapen ook aan de orde in de correspondentie tussen Hermans en Gerard Reve, Verscheur deze brief! Ik vertel veel te veel (2008) en die tussen Hermans, Rudy Kousbroek en diens echtgenote Ethel Portnoy, Machines en emoties (2009).