Jef Geeraerts debuteerde in 1962 met de roman Ik ben maar een neger, waarin hij het verhaal vertelde van de zwarte verpleger Matsombo in de periode kort na de onafhankelijkheid van Kongo.
In Het verhaal van Matsombo (1966), dat in zekere zin een vervolg is op dat debuut, komt de ontreddering van Kongo na de onafhankelijkheid nog sterker naar voren. Matsombo, verscheurd tussen de Afrikaanse wereld (die hij ontgroeid is) en de blanke wereld (waartoe hij nooit volledig kan behoren), is in die zin het spiegelbeeld van het hoofpersonage uit Gangreen.
Na Gangreen 1 (Black Venus) volgden nog drie delen in de Gangreencyclus. Gangreen 2. De goede moordenaar (1972) sluit het nauwst aan bij het eerste boek, maar focust meer op geweld dan op erotiek. De delen 3 en 4 spelen zich hoofdzakelijk in Europa af en zijn een afrekening met de opvoeding en het mislukte huwelijk van de hoofdpersoon.