In het literaire debat van de jaren vijftig, en met name rond de Vijftigers, is Mulisch nauwelijks aanwezig en veeleer een buitenstaander. Pas in de jaren zestig (als redactielid van Randstad en De Gids) begint hij een rol te spelen in de literaire wereld, al blijft hij, merkwaardig genoeg, afwezig in Merlyn.
De erkenning van het schrijverschap van Mulisch komt pas in de jaren 1970 tot uiting in het feit dat hij in Nederland vaak in één adem wordt vernoemd met Gerard Reve en Willem Frederik Hermans. Al probeerde hij zich van hen te distantiëren, Mulisch werd zo één van ‘de Grote Drie’ van de naoorlogse schrijvers.
Na de dood van Reve (2006), Wolkers (2007) en Claus (2008), werd Mulisch zelfs ‘de Grote Eén’ genoemd (Het Parool, 2008). Het succes van De Aanslag is aan deze waardering niet vreemd.